Loils luisterboek vol anekdotes over de dorpsfiguren van vroeger

LOIL – De veel te vroeg overleden Ton Bolder kon schrijven en vertellen als geen ander. Rond de eeuwwisseling schreef hij in het boek ‘Loil 2000 – Hier wil ik blieven’ 43 anekdotes, veelal over de dorpsfiguren van vroeger, ontstaan in en rondom de kerk en kroeg. Zijn mooiste verhalen zijn nu te horen in een luisterboek.

De 38 anekdotes worden voorgelezen door negentien (oud-)Loilenaren. Zij spraken de verhalen in op hun smartphone. Sinds afgelopen weekend zijn er wekelijks twee of drie te beluisteren via de website en podcast van Loil. Frank Gies nam het initiatief voor het luisterboek en stelde het met de Kontaktraad Loil samen.

“In april zijn we een actiegroep ‘corona’ gestart in Loil”, vertelt Gies. “Dit is één van de ideeën, die we vanuit de groep hebben opgepakt om de Loilenaren in deze coronatijd toch wat vermaak en vertier te bieden. Het zijn korte, grappige verhalen, die voor met name de oudere inwoners van het dorp heel herkenbaar zijn. Hoe leuk is het om die anekdotes een keer voor te lezen.”

Zo vertelt Gies zelf twee anekdotes, net als onder andere Jos Breeuwer, Wilma Hendriks, Mia Roosendaal en Tonnie Peters. De oudste verteller is Theet Harmsen (91). “Theet appt nog gewoon”, lacht Gies. “En hij heeft de verhalen, net als iedereen, ingesproken op zijn telefoon.” Het luisterboek heeft ook een inleiding, verteld door Femke Schuurman-Bolder, het nichtje van Ton Bolder. Zij sprak ook de anekdote ‘Ut eenwinter’ in, over Dorus Hoksbergen, wiens bijnaam ‘eenwinter’ was.

Toon Steenbreker
Een andere bekende Loilenaar, waar Ton Bolder over schreef, was Toon Steenbreker. Tonnie Peters leest één van de anekdotes over hem voor. Het verhaal speelt zich af in het café van ‘rooie Dorus’ Rasing. “De beer (mannetjesvarken) van Toon Steenbreker is het onderwerp van gesprek”, vertelt Peters. “Toon gaat een weddenschap aan voor een liter jenever dat beer Hans een rondje om het biljart kan lopen en vervolgens zelf weer terugkeert in het berenbusje. Hans doet zijn baas niet tekort en volgt, na enig aandringen, de orders van Toon op.”

Eén van de mooiste anekdotes gaat volgens Gies over het ontstaan van de naam ‘Kwazzelskruut’, de Loilse kruidenbitter van café zaal Hendriks. Hij sprak hem zelf in. “Op een dag plofte er bij wijze van alternatieve vakantiegroet een bierviltje uit Valkenburg op de deurmat van Leo en Jan Hendriks. Van Jan Schuurman en Benno Rozijn, ondertekend met ‘de kwazzels’. Dit bracht de gebroeders op het idee hun kruidenbitter Kwazzelskruut te noemen. De toevoeging ‘Podòmme wa’n grei’ was één van de bekendste uitspraken van Toon Steenbreker, als hij zichtbaar genoot van een alcoholische versnapering.”

Trekker
Andere dorpsfiguren waar Bolder over verhaalde, waren Hend van Pietje en Teun Donkers. Ook over hen komen anekdotes in het luisterboek voorbij. Zoals die keer dat Hend van Pietje bij Hendriks in de kroeg kwam en trots zijn nieuwe trekker toonde. “Die moest natuurlijk worden ingewijd met een fles champagne”, herinnert Peters zich nog goed. “Ik was er zelf getuige van. De ceremonie gebeurde midden op het kerkplein. Een memorabele avond en nacht, waar nu nog over wordt gesproken.”

Er zijn nu vier anekdotes aan het Loilse Luisterboek toegevoegd. De verhalen zijn te beluisteren op www.loil.nl en anchor.fm/kontaktraad-loil.