Een leven lang gymmen bij 75-jarige sportvereniging Margriet

DIDAM – Didam kende voor de Tweede Wereldoorlog liefst vijf gymnastiekverenigingen. Na de oorlog, in augustus 1945, kwamen de besturen van deze verenigingen bij elkaar en richtten ze samen één gymvereniging op: Margriet. Eén van de eerste leden is Diny Boerstal-Rosendaal. Zij viert dit jaar, net als Margriet, haar 75-jarig jubileum.

“Maar ik gym al 78 jaar. Als we vroeger bij ons thuis 7 jaar werden, mochten we van huis af en bij de gym”, lacht Boerstal (85). “Ik begon bij Tios of Nooit Gedacht, dat weet ik niet meer. Wel weet ik dat toenmalig voorzitter Will ter Heerdt, de latere directeur van Kelsehof, de gymvereniging na de oorlog weer op de been heeft geholpen.”

Ondanks haar hoge leeftijd gymt Boerstal nog steeds. Net als Maria Keultjes-Hoogveld (76), die vijf jaar na Boerstal bij Margriet kwam en inmiddels dus 70 jaar lid is. “We doen allebei nog conditiegym”, vertelt Keultjes. “Aan de brug hangen of op de balk staan, doe ik niet meer. Tien jaar geleden heb ik nog een keer handstandoverslag gedaan op de tumblingbaan, maar daar heb ik een week last van gehad, haha. Ik houd het nu maar gewoon bij oefeningen op de grond.”

Gezelligheid
Ook Boerstal ging voor de coronatijd nog elke maandagavond naar de conditiegym. “Sinds de corona durf ik niet goed meer. Ik wandel wel en doe ’s morgens, voor ik op sta, wat oefeningen in bed. Zo blijf ik in elk geval fit. Al mis ik de gezelligheid wel. Na de gym gaan we namelijk altijd wat drinken bij Jan&Jan. Dat doen we al jaren. Vroeger waren we met een clubje van tien dames en gingen we na het sporten met zijn allen naar de cafetaria een patatje eten. Nu zijn er van die groep nog maar vijf over.”

De gezelligheid bij de club en met de leden onderling is voor de dames ook altijd een belangrijke reden geweest om te blijven gymmen. Zo waren in de jonge jaren de busritjes naar de Achterhoek voor de Oost-Gelderse kampioenschappen een leuk uitje.

“Ik heb daar een keer of drie aan deelgenomen”, zegt Boerstal. “Mijn beste prestatie was een derde plaats. Maar eigenlijk interesseerden de wedstrijden me niet zoveel. Ik had vooral een hekel aan het trainen van de oefening. Meestal  deed ik dat ook niet en keek ik de oefening tijdens de wedstrijd van een ander af. Toen ik echter een keer als eerste aan de beurt was, wist ik niet wat ik moest doen, maar werd ik toch nog dertiende.”

Trainers
De twee jubilarissen herinneren zich daarnaast de uitstapje met gymleraar Leo van Bree nog goed. “Dan gingen we naar de Amsterdamse Jordaan”, zegt Boerstal. “Leo was niet alleen een geweldige trainer, maar het was met hem ook altijd gezellig”, vindt Keultjes. “Iedereen vond het jammer dat hij op een gegeven moment weg ging.”

Andere trainers die de dames zich nog herinneren, zijn de heren Stevering, Pastoors en Jopie Theunissen. “Bij Margriet hadden we toen geen ongelijke brug en moesten we naar Zevenaar om te oefenen”, vertelt Keultjes. “Dan gingen we bij Theunissen achterop het brommertje. Toen hij begon, werd hij onthuld tijdens het Sinterklaasfeest en kwam hij als surprise uit een grote doos.”

In de beginjaren kende Margriet ook nog een korfbal- en wandelsportafdeling. Boerstal liep in die tijd een paar keer mee met de Kalorama-wandeltochten in Nijmegen. “Ik heb toen nog getrommeld en liep samen met Dut Gademan voorop. Zo gaven wij het marstempo aan voor de andere wandelaars.”

Jubileum
Tegenwoordig focust Margriet zich vooral op de turn- en gymsport. De lessen en uitvoeringen vinden sinds een paar jaar in de eigen turnhal in de Didamse buurtschap Greffelkamp plaats. Hier had de vereniging ook haar 75-jarig bestaan willen vieren met twee grote shows door de 462 leden. Door de corona werd echter ook hier alles afgeblazen. De dames Boerstal en Keultjes kregen hun KNGU-speldje en medaille, behorende bij hun jubileum, thuis uitgereikt.

Foto: Diny Boerstal-Rosendaal (links) en Maria Keultjes-Hoogveld zijn ondanks hun hoge leeftijd nog lenig.